De Balg
Onderstaand zeer kort verhaal is opgenomen in ‘Liefde voor Schiermonnikoog’, verkrijgbaar via Schiermonnikoogshop
In de Balg expres zit het echtpaar verdeeld over 2 bankjes: zij zit rechts voorin, hij links voorin. Ik zit op het vierde bankje. Een gezin stapt in. Zij verspreiden zich over de Balg express, de kinderen dragen geen mondkapjes, de moeder heeft haar mondkapje niet over haar neus. Die werkt dus niet. De moeder praat overdreven hoog tegen haar kinderen ‘goed zo, lekker zitten hoor, we zijn zo op het strand’ pieper-de-piept ze.
De Balg expres rijdt over de Badweg. Hij schommelt heen en weer, de vrouw voorin hobbelt mee op het ritme. Haar bril valt van haar hoofd. De expres rijdt het strand op. De kinderen staan met hun neus tegen het raam. ‘Een zeehond, een zeehond’ roept de vader. Het is een ton.
De balg expres rijdt verder en hobbelt door en geul. ‘Kijk daar, kijk daar’ gilt het kind, ‘kijk daar een zeehond’. De zeehond bobbert zichzelf snel het water in. Kind stop toch met gillen, ik hoor mijzelf niet meer denken.
De wind waait hard, het zand stuift rond de balg expres. ‘Kijk daar jongens, nog een zeeho…., oh, die is dood, kijk maar niet’ zegt de meneer links voorin.
De Balg expres stopt op de Balg, het gezin stapt rennend en struikelend uit. ‘We zijn hier in rusttijd van de zeehonden’ zegt de chauffeur. De kinderen rennen hard naar de zeehonden, de zeehonden zwemmen weg. Ik loop terug naar de Badweg, de wind waait hard, zand stuift om mij heen, mijn hoofd is stil.
De zeehond kijkt mij aan. Ik kijk de zeehond aan. Mijn hoofd komt op gang: ‘Wat een magisch punt, de Balg’. De zeehond bobbert langzaam naar het water.